In maart 2019 bevatte de administratieve instructies aan de
werkgevers van de RSZ voor het eerste kwartaal 2019 een standpuntwijziging met
betrekking tot de tewerkstelling van leerlingen als studenten. De RSZ komt
nu terug op dit standpunt.
Het “oude” standpunt van de RSZ.
Welke leerlingen worden bedoeld?
Sommige studenten combineren het
theoretische deel van hun studies met een opleiding op de werkplek. Dit wordt
alternerend leren genoemd.
Onder alternerend leren
verstaat men het systeem waarbij een theoretische opleiding in een onderwijs-
of opleidingsinstelling ingericht, gesubsidieerd of erkend door de bevoegde
overheid wordt gecombineerd met een praktische opleiding op de werkplek.
Kunnen deze leerlingen als student worden
tewerkgesteld?
Vóór 1 juli 2017 konden deze jongeren
helemaal geen studentenarbeid verrichten. Nu mogen ze dit wel onder de volgende
voorwaarden:
·
Ze
hebben geen recht op werkloosheids- of inschakelingsuitkeringen. Het is
wel toegestaan studentenarbeid te verrichten als men een leefloon ontvangt.
·
Ze
mogen geen studentenarbeid verrichten als ze onderwijs of opleiding
moeten volgen of op de werkplek aanwezig moeten zijn in het kader van hun
praktische opleiding.
·
Ze
zijn niet als student tewerkgesteld bij de werkgever bij wie ze hun
praktische opleiding volgen. Op die manier wil de wetgever vermijden dat de
grens tussen opleiding en arbeid vervaagt.
Hoe interpreteerde
de RSZ deze regels?
Administratieve instructies voor het
eerste kwartaal 2019
De RSZ hield zich aan een strikte
lezing van de wettekst
Een student kon geen overeenkomst
voor tewerkstelling van studenten meer afsluiten met de werkgever bij wie hij
een praktische opleiding volgde, en dit ook niet voor de maanden juli en
augustus. De jongere
kon tijdens de zomervakantie wel als student worden tewerkgesteld bij een andere
werkgever.
Nu
De RSZ versoepelt nu zijn standpunt
en komt terug zijn vroeger standpunt.